De Haagse oud-wethouder en loco-burgemeester Richard de Mos wordt beschuldigd van lidmaatschap van criminele organisaties, schending van het ambtsgeheim en corruptie. Toch blijft de Haagse kiezer massaal stemmen op de man van het volk, die naam maakte met zijn geliefde ombudspolitiek. ‘De Mos luistert tenminste naar de mensen’, zeggen zijn kiezers. Het Openbaar Ministerie vermoedt echter dat er sprake is van ‘voor wat, hoort wat’. In Napels aan de Noordzee wordt De Mos drie jaar lang gevolgd tijdens zijn jacht naar eerherstel.